De een is een natuurtalent, de ander is gewoon een beetje ongemakkelijk. Wanneer het op netwerken aankomt, is het in principe gewoon een kwestie van doen. Want waar het de eerste keer wat onwennig en awkward aan kan voelen, baart ook in dit geval voldoende oefening kunst. Een van de lastigste momenten bij het netwerken is het moment dat je iemand aan gaat spreken. Een goede ijsbreker is hier op z’n plaats. Om je op weg te helpen hebben wij daarom een aantal goede ijsbrekers voor je op een rijtje gezet.
Met deze ijsbrekers word jij een pro in netwerken
1. De klassieke benadering
De eerste ijsbrekers bij het netwerken zijn de klassieke ijsbrekers. Grote kans dat je ze vaker gehoord hebt of waarschijnlijk zelf gebruikt hebt. In principe kun je namelijk het ijs al breken door gewoon je hand uit te steken en jezelf voor te stellen, vervolgd door de vraag ‘Wat doe je?’. Deze benadering is vrij direct, maar kan wel de gewenste resultaten opleveren. Je lult hierbij niet om de zaken heen, maar gaat straight to business. Eigenlijk heel simpel en effectief, maar je moet hem wel aankunnen. Als je ‘m namelijk te onzeker uitvoert kan hij gekunsteld overkomen. Voorbeelden zijn:
“Wat brengt jou hier?”
“En wat doe jij in het dagelijkse leven?”
2. De omgeving
Een van de beste gespreksonderwerpen is de omgeving waarin jullie je bevinden. Waarschijnlijk is het event zelf namelijk al een behoorlijk goed gespreksonderwerp. Begin over de muziek, het eten, de mensen die er zijn of zelfs de stad waarin jullie je bevinden. Beginnen over de omgeving is een wat subtielere, makkelijkere manier om het gesprek richting het netwerken te leiden. Zorg overigens wel dat je weet hoe je tijdig de overschakeling maakt naar het ‘vruchtbare’ gedeelte.
“Gave locatie he… Ben je hier al vaker geweest?”
“Lekkere plaatjes wel, ben jij bekend met deze DJ?”
3. Het nieuws
Lekker makkelijk en toegankelijk: het nieuws. Iedereen krijgt er wel enigszins iets van mee en je hebt meteen genoeg om over te praten. Begin het gesprek met een insteek van de actualiteiten en maak het vervolgens wat persoonlijker. Vermijd in dit geval overigens politiek en zaken waarover hele sterke meningen zijn, je wil niet op een netwerk event de zwartepietendiscussie gaan voeren.
“Had je al gehoord van…?”
“Heb je de wedstrijd gekeken gisteravond?”
4. De grappige benadering
Laten we beginnen met te vertellen dat de grappige benadering niet aan iedereen besteed is. Als jij van jezelf niet echt een lolbroek bent, kan een geforceerde grap dingen een stuk ongemakkelijker maken. Maar als jij juist echt een extravert persoon bent en je thuis voelt in de wereld van humor en zelfspot, kan een grapje dé manier zijn om een gesprek op gang te krijgen. Mits de persoon waartegen je ‘m maakt er ook daadwerkelijk van gediend is. IJsbrekers waarbij je humor gebruikt moeten wel gepast zijn namelijk.
“Op een schaal van 1 tot ik-zou-m-drinken-als-het-’t-laatste-drankje-op-aarde-was, hoe goor is de wijn?”
“Jezus ik voel me awkward, is ’t goed als ik me hier even voor lul kom zetten?”
5. Improviseer
Als de nood echt nabij is, kun je nog voor de laatste optie gaan. De compleet random-improvisatie ijsbrekers. Als namelijk niks lijkt te werken, kunnen deze je laatste redmiddel zijn. In principe begin je bij deze laatste categorie gewoon over iets totaal randoms en hoop je dat er zo een gesprek op gang komt. Dit is overigens ’n gevalletje van kop-of-munt: hij kan aanslaan, maar de ander kan je ook aankijken alsof je een zeldzaam natuurfenomeen bent. In dat laatste geval kun je het beste gewoon snel afdruipen. Anyway, we hebben ook voor deze categorie een paar voorbeelden op een rijtje.
“Hey, ben jij niet de neef van Karin?” (Maakt niet uit of hij de neef van Karin lijkt te zijn of niet, een ‘nee’ kan ook weer tot een nieuw gesprek leiden.)
“Weet je toevallig waar je hier ergens goede sushi kunt eten?”
“Jullie zien eruit alsof jullie het wél gezellig hebben hier, is het goed als ik even een gesprekje meepak?”