Wij mannen houden ervan om groene rakkers achterover te tikken in het weekend. Veel groene rakkers.
Alleen al in 2021 was de gemiddelde Nederlander zo’n zestien keer per jaar dronken. Hoewel dat best goed klinkt, zijn er genoeg landen die dit als een schamel getal zien. Voor vrijwel alle landen uit het Oostblok zijn dit rookie numbers, en een groot deel van de Zuid-Amerikanen lachen ons ook uit. Maar het land dat de kroon écht spant is Australië. De Aussies waren maar liefst 28 keer (!) per jaar dronken.
De grootste zuiplappen op aarde
Dat de Aussies zo vaak dronken zijn, blijkt uit een rapport van de Global Drug Survey. Maar ja, ‘dronken zijn’ betekent voor iedereen weer wat anders. Om duidelijkheid te scheppen, definieerde het rapport dronkenschap als volgt: “Zoveel gedronken hebben dat je fysieke en mentale vermogens zijn aangetast, je niet in staat was om je duidelijk te concentreren en dat je conversatie en gedrag heel duidelijk anders waren.” En dat waren de Aussies dus maar liefst 28 keer per jaar. Als je dat even vergelijkt met het wereldwijde gemiddelde van 14,6 keer per jaar, moet je toch concluderen dat de Australiërs ordinaire drankbakken zijn.
Spijt van het dronken zijn? Welnee!
Goed, dat ze dé alcoholisten van de wereld zijn, lijkt de Aussies niets uit te maken. Het rapport stelde namelijk ook vast hoeveel ondervraagden daadwerkelijk spijt hadden van hun dronkenschap. Met dit onderzoek kwam Australië maar op de negende plaats. De Ieren daarentegen betoogde meer spijt van hun dronkenschap: maar liefst een kwart van de keren dat zij dronken waren, hadden ze spijt. Dat kwam dan voornamelijk door de snelheid waarmee ze dronken werden, de mixjes die ze achterover werkten en de mensen waarmee ze dronken.
Nou Aussies. Gefeliciteerd met jullie trofee van ’s werelds grootste zuiplappen. In 2022 zullen wij Nederlanders proberen er met de felbegeerde titel vandoor te gaan.