Wat hebben Cristiano Ronaldo, André van Duin, Lara Stone en Hugo de Jonge gemeen? Niet heel veel, toch?
Nou, deze namen – van een ongekend kaliber, dus – krijgt meesterfotograaf Philippe Vogelenzang voor zijn neus. En voor zijn lens. Ze worden met liefde en plezier vastgelegd door de fotograaf die bijna elke boekhandel in alle uiteinden van de wereld heeft aangetikt.
Dit interview is afkomstig uit MANIFY Magazine #4. Een tijdje geleden alweer, maar te mooi om niet te delen.
Interview met topfotograaf Philippe Vogelenzang
Tijdens zijn opleiding kunstgeschiedenis, niet afgemaakt overigens, heeft hij een liefde ontwikkeld voor sculpturen. Zodanig dat hij mensen ook als een soort sculpturen fotografeert. Een unieke kijk op schrijven met licht die hem nu een plekje in de jury van Holland’s Next Top Model heeft opgeleverd.
We gaan in gesprek met deze absolute wereldtopper en spreken hem over de invloed van kunst, waarom wietlolly’s sexy kunnen zijn én waarom ie-de-reen iets moois heeft.
Voor de camera vs. achter de camera
Voordat we onze eerste netjes opgestelde vraag kunnen stellen, begint Philippe te vertellen over zijn eerste ervaringen vóór de camera. ‘Als fotograaf heb je je eigen aanpak, je werkt vanuit een bepaalde hoek, op een bepaalde manier. Maar voor de camera op tv is natuurlijk meer gescript en heel anders. Al moet ik zeggen dat ik het zelf lekkerder vind om op camera te draaien, dan zelf te poseren voor een foto. Het voelt iets losser. Een foto is zo definitief.’
Ik haak in: Maar goed, dat is wel jouw werk…
‘Zeker, en ik weet dat als je gefotografeerd wordt, je heel kwetsbaar bent. Als ik voor de camera sta, dan voel ik dat ook. Als je wordt vastgelegd zie je jezelf niet, terwijl je wel iets geeft aan de camera en aan de fotograaf. Ik ga daar dus altijd heel respectvol en begripvol mee om, want zelf voel ik me liever ook niet te kwetsbaar. Niemand, toch?’ Daarom is het voor mij belangrijk dat ik iemand een vertrouwd en goed gevoel geef voor mijn lens.’
Dat je daar zo goed mee omgaat, heeft je héél, héél ver gebracht. Maar hoe ben je in het wereldje gerold?
‘Ik wilde allereerst iets met mode doen, vooral omdat Ik de advertenties zag op straat en in bladen. Voor mij, ik had de modebranche toen niet goed door, leek kleding ontwerpen de enige weg naar die wereld. Ik begon aan de modeacademie, maar na twee maanden was ik het beu. Ik zat alleen met jonge meiden in de klas die voornamelijk van shoppen hielden, zo leek het. Ik miste het serieuze gedeelte. Plus: ik kwam erachter dat ik niet goed was in kleren maken…
Dus ik ben gestopt, maar ik wist: het is niet de kleren, maar het beeld. Ik werd blij van beeld, dus dat moest fotografie zijn. Met een portfolio – van veelal foto’s van vrienden en vriendinnen – probeerde ik op de fotografie-afdeling Royal Academy of Arts in Den Haag te komen, maar ik werd afgewezen. Dat vond ik toen écht heel klote.
Daarom ben ik vrij boos kunstgeschiedenis gaan studeren, want dit was niet mijn plan. En als ik mijn zinnen zet op iets, dan heb ik graag ook dat het lukt. Alleen het was helemaal niks. Het was véél te droog. In de eerste twee jaar leer je uit Janson’s History of Art. Dat is puur praktisch, Het gaat om ’wie, wat, waar, wanneer’ en dat was niks voor mij. Ik heb echt gezwoegd tot in de late avonduren. Ik heb het wel een kans gegeven hoor, maar op een gegeven moment dacht ik: ‘nee, dit is het niet.’
Dus toen nog maar een keer proberen bij de Royal Academy of Arts. Deze keer werd ik wel aangenomen, maar ook dat hield ik maar één jaar vol. Ik dacht alleen maar: ‘ik voel dat ik gewoon moet gaan fotograferen, ik leer denk ik beter in het veld.’ En toen ben ik gewoon begonnen.’
Eenmaal aangenomen op de Royal Academy of Arts, ben ik na een jaar weer gestopt
Hoe cool! Dus toen ben je gewoon de praktijk ingerold en zo je skills getoond aan de wereld?
‘Wat prettig voor mij is geweest; vanaf het moment dat ik begon, ben ik altijd zeker geweest over de dingen die ik op dat moment goed kon. Ik was op het begin totaal niet technisch. Ik fotografeerde alleen vrienden in zwart-wit met daglicht, maar daar was ik best wel goed in. En dat vonden anderen ook. Als ik iets nog niet kan, dan ben ik ook niet te onzeker om het gewoon uit te zoeken en neer te zetten. Met die mindset ben ik begonnen, en daardoor leer je snel en veel. Van elke shoot groei je een stuk en word je sterker.’
Toch even teruggrijpen op dat stukje kunstgeschiedenis. Heeft dat de foto’s die wij zien beïnvloed?
‘Alles tot in de details analyseren werd van je verwacht als student kunstgeschiedenis. Daar keken we naar een schilderij en daar werd dan uren over gesproken. Ik ben zo niet. En zo kijk ik in de eerste instantie ook niet naar een foto of kunstwerk.
Ik ben veel meer op gevoel. Bij het eindresultaat wil ik dat dan weer niet meer doen, dan gaat het om gevoel. Maar, op het moment dat ik iets of iemand fotografeer, dan overanalyseer mijn onderwerp wel. Zoals ik eigenlijk ook moest doen of misschien wel heb geleerd tijdens kunstgeschiedenis. Ik vond beeldhouwen trouwens het meest inspirerend van alles tijdens de studie. Nog veel meer dan schilderijen. Ik denk dat ik daardoor vrij sculpturaal gaan fotograferen.’
Door kunstgeschiedenis ben ik sculpturaal gaan fotograferen
Dus het is niet voor niets geweest?
‘Nee, zeker niet. Maar niets is voor niets geweest. Je kan van elk moment leren.’
Momenten die je nu bij Holland’s Next Top Model hebben gebracht. Wat valt je op aan iemand als je iemand ziet?
‘De ene persoon inspireert je natuurlijk meer dan de ander, maar iedereen heeft iets unieks wat je kan vastleggen. Het kan ook voortkomen uit een energie die je voelt bij iemand. Wat ik voel als ik iemand aankijk. Dit kan confidence zijn, of misschien het tegenovergestelde; juist iets onzekers en moois. Wat iemand mij geeft, probeer ik onder een loep te leggen, te eren, te vergroten. Ik toon mensen graag groots. Fotografie is in die zin voor mij ook een stukje psychologie. Ik kijk naar mensen, ik bestudeer hoe iemand doet of beweegt.
Ik sta dus letterlijk aan als iemand de studio binnenkomt. Vanaf dat moment probeer ik gelijk aan te voelen en te ontdekken wat ik graag wil fotograferen, maar ik sta wel open voor dingen die in het moment ook spontaan kunnen gebeuren.
Het maakt eigenlijk nooit uit of iemand knap is. Er is áltijd iets wat je mooi op beeld kan brengen. Altijd wel iets kenmerkends. En het mooie aan dit vak vind ik, dat je daarnaar op zoek gaat; ‘wat maakt iemand bijzonder?’
En je vindt voorwerpen ook iets bijzonders hebben. In een interview met Het Parool zeg je: ‘Ook verpakte kaas en wietlolly’s kunnen sexappeal hebben.’ Leg eens uit.
‘Weet je, ik zie stills ook als sculpturen. Nu heb ik bijvoorbeeld een verkreukeld pakje kauwgom voor me en dat ziet er best zielig uit. Het gevoel dat het pakje mij geeft, ga ik dan met de tools van fotografie proberen vast te leggen. Dus met techniek, contrast, licht, settings en curves. Door te schilderen met licht kun je bepaalde gevoelens vergroten. Ook in een lolly of kaas. Alles kan een identiteit krijgen. Ik benader een pakje kauwgom of een lolly hetzelfde als een persoon. En ook dat probeer ik dan iconisch te maken.
Dus soms – als het lekker uitziet – kan een simpel voorwerp ook sexy zijn. Snap je dat? Of denk je nu van; waar heeft-ie het over?’
Nee hoor, ik voel ‘m wel. Ik moest alleen lachen toen ik het las. En ik vind het mooi dat je nu een real life voorbeeld gebruikt.
‘Voor mij heeft elk object een bepaalde energie. Als ik om me heen kijk, dan voel ik dat. Bij elk object.’
Short Cuts met Philippe Vogelenzang
- Mooiste shootlocatie: Brazilië. Dat land is echt magisch.
- Meeste indruk achtergelaten na een shoot: Lara Stone. Laatst gefotografeerd – zó sexy, maar ook zacht en zó powerful.
- Zwart-wit of kleur? Vroeger wat dat meer zwart-wit, maar sinds een hele tijd, echt allebei
- Naaktfotografie of fashion? Naakt: puur, eerlijk, no nonsense.
- Meest geïnspireerd door? Beeldhouwkunst, Richard Avedon en Irving Penn.
- Belangrijkste kunstperiode: De klassieke oudheid!
- Ik moet en zal …. nog vastleggen: Dat is een vraag die ik heel vaak krijg, maar die lijst is eindeloos. Heb je even?