Cheeta’s zijn de ultieme wingmans
Zet een Tesla en een cheeta bij een stoplicht voor een race, en aanschouw hoe de cheeta de Tesla in het stof laat bijten. Met hun lange poten en slanke lichaam kan dit beestje namelijk een snelheid van 110 kilometer per uur in drie seconden bereiken. Met deze snelheid, scherpe tanden en hun killer instinct zijn de cheeta’s de ‘apex predators‘ van Afrika. Maar wist je dat deze predators eigenlijk helden op sokken zijn? Sterker nog: deze katachtigen zijn zo bang dat ze in de dierentuinen hulphonden krijgen. Pussies.
Zonder honden geen seks
Maar waarom krijgen deze beduchte katachtigen dan hulphonden in hun dierenkooi? Nou, heel simpel: om te zorgen dat ze eindelijk eens seks hebben. De grote katten zijn van nature namelijk zodanig angstig, dat ze het contact met andere cheeta’s vermijden. En als ze elkaar continu vermijden, komt er van seks natuurlijk helemaal niets. Geen seks betekent geen voortplaning, en geen voortplanting betekent logischerwijs uitsterving van de cheeta’s. De hulphonden zorgen er simpelweg voor dat de cheeta’s minder angstig zijn, waardoor ze wel een keer voldaan kunnen slapen. Eigenlijk zijn hulphonden dus de ultieme wingmans.
Hulphonden + cheeta’s = bro’s for life
Nu denk je waarschijnlijk: “Maar die cheeta vreet die hond toch gewoon op?” Tja, als de cheeta’s ouder zijn waarschijnlijk wel. Daarom worden de cheeta’s als welpjes van drie tot vier maanden oud al gekoppeld aan een hulphond, waarmee ze daarna alles samendoen. “Het is een liefdesverhaal van de ene soort die een andere soort helpt te overleven.” Aldus Jack Grisham, vice-president van dierencollecties in de St. Louis Zoo. Tot nu toe blijkt het gebruik van hulphonden zeer effectief. Volgens de San Diego Zoo tonen de cheeta-welpen op steeds eerdere leeftijd al een zelfverzekerder en speelser karakter.